Een Boxplot is een grafiek waarmee een relatie tussen een continue variabele en discrete variabele(n) wordt weergegeven. Een Boxplot helpt om aannamen of hypothesen te bevestigen of bedenken. Bedenk dat je ook met diverse discrete variabelen verschil in zowel medianen als andere kwartielen kunt visualiseren. Ideaal voor als je veel data hebt, wat je kunt de data indelen in vier parten. Meer informatie over de Boxplot is in de meetfase terug te vinden.
Boxplot aanpak
Over hoe je in detail een Boxplot zelf kunt maken, is reeds in de meetfase (DMAIC: Measure) besproken. Hier gaan we meer in op hoe je een Y-X grafiek opstelt.
- Verzamel ‘gepaarde data’, dat wil zeggen dat je aan een statistische eenheid zowel een continue variabele (Y) meet, als minimaal één discrete variabele (X). Bijvoorbeeld de beste honderd meter tijden versus de Sekse van atleten
- Plaats de continue variabele (Y) verticaal op de Y-as, en horizontaal op de X-as de discrete variabele (X)
- Interpreteer de kwartielen en patroon in de grafiek. Lijkt er een verband?
Synoniem en alternatief van de boxplot
Voluit: Box-whisker plot. Wel wordt bij meervoudige discrete X’en, en bij een beperkte hoeveelheid aan data, ook de Multi-Vari chart ingezet, of de Individual Value Plot (IVP).
Duur van het maken van een boxplot
Een Boxplot maken is digitaal in seconden, handmatig in vele minuten te maken.
Boxplot voorbeeld
In de Boxplot hieronder is de gespreksduur ofwel de Average Handling Time (AHT) uitgezet tegen het aantal maanden dat Servicedesk medewerkers er werkzaam zijn (in maanden). Duidelijk is af te lezen dat ervaring van invloed lijkt op de duur van gesprekken.
In de Boxplot hieronder is de doorlooptijd uitgezet tegen klanttevredenheid (scores 1 tot en met 5). Hier is de relevante Y juist op de X-as geplaatst en de mogelijke oorzaak (te trage tijden) op de Y-as. Dit omdat de Y discreet is, en de X continu. Dat is spiegelen, wat op zich prima is, maar niet standaard of mogelijk lastiger te interpreteren is.